Wat kost het?

Veranderingen in de begroting

(bedrag met '-' is een uitzetting van het budget en nadelig voor het gemeentelijk saldo)

Begroting, doorrekenen aantallen, indexering, etc.
Het bijstellen van de aantallen en het verwerken van de prijsbijstelling levert een nadeel op van oplopend bijna € 2 miljoen in 2023 tot € 4 miljoen in 2026. Belangrijkste oorzaak is de reguliere prijsbijstelling. In het deel  'Bijstelling indexering 2023' wordt dit nader toegelicht.

Gemeentefonds
De raming van het gemeentefonds in de Stadsbegroting 2023-2026 baseren we op de stand volgens de meicirculaire van dit jaar. Dit houdt in dat we de financiële effecten uit de septembercirculaire van vorig jaar en de huidige meicirculaire  verwerken in deze begroting . In de raming van het gemeentefonds zijn ook de te ramen algemene middelen jeugd vanaf 2024 opgenomen.

Treasury
De begroting moet op het onderdeel  treasury neerwaarts worden bijgesteld. Belangrijkste reden is dat sinds 2021 bij de meerjarige doorrekening van kasgeld (leningen met een looptijd van minder dan een jaar) gerekend is met een negatieve rente. Deze is door de renteverhogingen van de centrale banken niet meer haalbaar. Dat scheelt € 230.000 vanaf 2023. Zodra we rente moeten gaan betalen over kasgeld loopt het nadeel op naar 1,2 miljoen euro in 2026.

Vrijval stelpost volumegroei
In het gemeentefonds reserveren we jaarlijks een bedrag voor de volumestijging annex kostenontwikkeling van het sociaal domein (stelpost volumegroei). In deze begroting laten we de jaartranche 2023 vrijvallen. Tegenover deze vrijval staat een budgetuitzetting in het programma Welzijn, wijkontwikkeling en zorg.

Afschaffen hondenbelasting
We stellen voor de hondenbelasting af te schaffen. Wij zijn van mening dat de hondenbelasting een belasting op dierenliefde is en niet goed uit te leggen is.

Toevoeging kapitaallasten (uitbreiding investeringsruimte)
In deze stadsbegroting is een forse aanvulling op het investeringsprogramma opgenomen. In de programmabegroting voegen we extra kapitaallasten toe om dit investeringsprogramma mogelijk te maken.

Uitvoering groeit mee met de stad
We zien op een aantal fronten dat het ambtelijk apparaat onder druk staat. De groei van de stad betekent ook een toenemende vraag aan de ambtelijke organisatie. De afgelopen jaren lukte het, met het nodige kunst en vliegwerk, ambtelijke capaciteit vrij te maken om prioriteiten te kunnen realiseren. Hiervoor werd ambtelijke capaciteit aan andere activiteiten onttrokken. Daarnaast zien we dat soms wel primaire capaciteit wordt toegevoegd, maar dat geen rekening wordt gehouden met ondersteuning en faciliteiten hiervoor. Voor het versterken van de ambtelijke organisatie is 2 miljoen euro opgenomen.

Ontwikkeling zorgkosten vanaf 2025
Voor de budgetten van het zorgdomein zijn we gewoon om de overschrijdingen in enig jaar structureel te maken. Dit ondanks interventies en maatregelen die genomen zijn. We zien ook dat er verschillende trends en ontwikkelingen gaande zijn, waardoor het moeilijk is om causale verbanden te leggen tussen interventies en bijvoorbeeld demografische ontwikkelingen. We willen daar dieper onderzoek naar gaan doen en dit ook vertalen in een prognosemodel dat ons in staat gaat stellen beter te anticiperen op wat op ons afkomt.
Vanuit dat oogpunt stellen we voor om de structurele doorwerking uit de 1 ^e Voortgangsmonitor voor WMO en Jeugd vanaf 2025 niet op te nemen in het programma WWZ, maar dit onderzoek af te wachten. Vanuit behoedzaamheid stellen we wel voor om in de begroting rekening te houden met de toename van de zorgkosten in 2025 en 2026 door hiervoor centraal ruimte voor te reserveren.
Aan de centrale stelpost voegen we ook de in het coalitieakkoord opgenomen verwachte besparing door in te zetten op preventie. Dit gaat om een besparing van € 300.000 in 2025 en € 600.000 in 2026.

Niet reserveren voor volumegroei zorg in 2026
In 2026 stellen we voor te stoppen met de reservering voor volumegroei van de zorgkosten. De reden om dit te doen heeft alles te maken met het ravijn. Hiervoor is enige verdiepende uitleg nodig.
De reservering voor volumegroei van de zorgkosten is ontstaan omdat het aandeel van de zorgkosten in de rijksbegroting groeit. Via de trap-op-trap-af systematiek profiteren gemeenten van deze groei door een hoger gemeentefonds. Maar, door de decentralisaties worden gemeenten ook geconfronteerd met de groei van de zorgkosten.  Eigenlijk maakt de trap-op-trap-af het mogelijk om een reservering te doen voor de stijging van de zorgkosten. Nu het rijk vanaf 2026 geen volumegroei toekent aan het gemeentefonds is het consistent om ook te stoppen met de reservering voor volumegroei zorg.

Bijstelling indexering 2023
In het deel Financieel beeld - programmabegroting wordt uitgelegd waarom is gekozen om de begroting in 2023 bij te stellen met de prijsstijgingen uit de augustusraming van het Centraal Plan Bureau. De inschatting nu is dat dit in 2023 een nadeel oplevert van € 2,0 miljoen.

Saldireserve
De jaren 2023 tot en met 2025 worden vereffend met de saldireserve. Met deze begroting wordt in die jaren hiermee per saldo bijna € 15 miljoen extra toegevoegd. In het laatste jaar nemen we de aanpassing uit het initiatiefvoorstel 'coalitieakkoord 2022 - 2026 'over en wordt het structureel spaarbedrag met € 3,8 miljoen verlaagd.

Taakmutaties gemeentefonds, IU en DU's
Als laatste is hier de tegenpost opgenomen van de taakmutaties die opgenomen zijn bij de programma's. Taakmutaties worden gereserveerd binnen het programma financiën; wanneer deze door worden gezet, leidt dit tot een mutatie bij het inhoudelijke programma en een mutatie bij het programma financiën. Per saldo is deze mutatie neutraal.